Zoeken

De dorpsbewoners van Westernieland waren voor hun levensonderhoud eeuwenlang hoofdzakelijk aangewezen op de landbouw als boer, meid of knecht. Maar ook als smid, timmerman of beurtschipper. Verder waren er natuurlijk de dienstverlenende beroepen als bakker, kapper, kruidenier, schoenmaker, verkoper van band en garen, manufacturier en caféhouder.

Toen de mechanisatie in de landbouw toenam, vertrokken veel jongeren om elders te gaan werken en wonen. Beurtschipper Hamming vervoerde eerst nog vanuit het haventje graan, aardappelen, suikerbieten en tuinbouwprodukten via de Westernielandstermaar naar Groningen. Later stapte hij over op vervoer via de weg en werd vrachtrijder.

De bedrijvigheid nam af en halverwege de jaren 1980 verdween de laatste middenstander.

Er ontstonden nieuwe activiteiten zoals een hotel-restaurant in de oude smederij en een camping.